Stanislaw Lewkowicz Amsterdam

Welkom

op de website van Stanislaw Lewkowicz

Stanislaw Lewkowicz is een in Nederland geboren, in Amsterdam gevestigd, internationaal werkend kunstenaar. Zijn kunst is te zien in de openbare ruimte en is opgenomen in museum, bedrijfs- en particuliere collecties.


Stanislaw Lewkowicz is meervoudig bekroond voor zijn vernieuwend lithografisch werk. Daarnaast zijn enkele van zijn kunstwerken opgenomen in de lijst van 100 belangrijkste kunstwerken in de openbare ruimte van Nederland. Ook heeft hij diverse stipendia ontvangen van o.a. het MondriaanFonds en was hij ‘Artist in Residence’ in Calcutta, India.

Stanislaw Lewkowicz, Kasjmir, 2023

Stanislaw Lewkowicz Kasjmir


Kunstenaarschap

Het kunstenaarschap is voor velen een beroep, een beroep dat na enkele jaren academische studie waarin niet alleen het ambachtelijke deel wordt geleerd maar ook de geest wordt gevormd, uitgeoefend kan worden. Stanislaw Lewkowicz is van mening dat het kunstenaarschap geen beroep is maar een roeping, dat slechts het ambachtelijke deel van het kunstenaarschap geleerd kan worden en dat daar niet per se een academische studie voor nodig is. De geest van het kunstenaarschap kan volgens hem niet worden geleerd. Die vormt de kunstenaar zelfstandig. Dat is nu juist wat een kunstenaar onderscheidend maakt. Velen zullen dat met hem eens zijn maar vinden het wellicht toch een romantische opvatting.


Plaats binnen de Nederlandse traditie

Geplaatst binnen de Nederlandse traditie zou zijn werk kunnen aansluiten bij de Tachtigers met dat verschil dat er ruim honderd jaar artistieke ontwikkeling in de kunst tussen zit. De Tachtigers waren een groep kunstenaars die vanaf de jaren 80 van de negentiende eeuw pleitten voor ‘gevoelde kunst’. Voor kunst als ‘allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie’ (naar Willem Kloos, dichter, 1859-1938). Persoonlijke beleving en zintuigelijke indrukken waren voor de Tachtigers belangrijk. Tegelijkertijd wilden ze deze belevingen het individuele niveau laten overstijgen en in een breder, metafysisch verband plaatsen. Het moraliseren van kunst of het gebruik of inzetten van kunst voor een bepaald doel of ter onderstreping van een bepaald doel werd daarbij afgewezen.


Zij vonden hun inspiratie in hun directe omgeving en op straat. Tijdens hun tochten maakten ze bij wijze van schets o.a. snapshot-achtige foto’s. Die foto’s werden, naast hun gewone schetsen, uitgewerkt op hun ateliers. De Tachtigers behoren daarmee tot de eersten die fotografie op zo’n directe wijze integreerden in hun werk.

George Hendrik Breitner George Hendrik Breitner, Singelbrug bij de Paleisstraat, olieverf op doek, 100 x 152 cm, Amsterdam, 1896-1898, collectie Rijksmuseum, Amsterdam

Zintuigelijke kunst

Stanislaw Lewkowicz werkt net zo. Ook zijn werk is ’gevoelde kunst’, is zintuigelijke kunst. Ook hij werkt met snapshots en schetsen. Maar dan als een hedendaagse vlogger met momentopnames uit het dagelijks leven. Als deelnemer daarvan. En tegelijkertijd aan de zijlijn als toeschouwer, als chroniqueur van het dagelijks leven. Als vlogger van het ‘zijn’. Deze schijnbaar tegenstrijdige maar in wezen non-dualistische houding plaatst het werk in een breder, metafysisch verband, het individuele niveau overstijgend.


Daarbij is ook tekst een regelmatig terugkerend onderdeel van zijn werk. Tekst in de vorm van korte zinnen die doen denken aan de Japanse haiku. Gedachten en observaties geuit in korte, niet rijmende verzen die herinneren aan de Indiase mystieke dichter Kabir (1398-1518) en de Perzische dichter-filosoof Jalal ad-Din Rumi (1207-1273). Ook de sensibiliteit en weemoedigheid van het werk van de Bengaalse schrijver en dichter Rabindranath Tagore (1861-1941) is voelbaar in zijn werk. Recent worden fragmenten uit krantenartikelen gebruikt. Krantenartikelen over dramatische gebeurtenissen die ons allemaal kunnen overkomen, krantenartikelen over de toestand van de wereld en de menselijke geest.


Een link met het werk van de Oostenrijkse schilder Gustav Klimt (1862-1918) wordt steeds zichtbaarder in het gebruik van materialen zoals goud, strass-steentjes en allerlei afval als relikwieën van onze maatschappij. Een materiaalgebruik dat in de Nederlandse kunst weinig wordt gezien. Ook schuwt hij niet om het werk van lokale ambachtslieden te integreren in zijn kunstwerken.

Lithografie

In veel van zijn werk wordt lithografie als overheersend medium gebruikt.


Lithografie of te wel steendruk valt onder de grafische technieken. Het bijzondere van de lithografie is dat het naast grafische ook uitgesproken teken- en schilderkunstige kwaliteiten heeft. Deze teken- en schilderkunstige kwaliteiten maken lithografie uniek en heel onderscheidend van alle andere grafische technieken zoals bv. etsen, zeefdruk, houtsnede, enz.


Lithografie is in wezen een eenvoudige techniek en is niet veel meer dan het tekenen, schilderen of aquarelleren op een lithosteen met een zwarte, vette potlood of stift of met zwarte, vette inkt.


Met een lithopers wordt de tekening of schildering overgebracht van de steen naar papier of naar een andere drager. Al naar gelang de bewerking van de tekening of schildering op de steen kunnen één of meerdere afdrukken van dezelfde tekening of schildering worden gemaakt. Dat kan in een kleur of in zwart. Voor meerdere kleuren worden meerdere tekeningen of schilderingen gemaakt. Over elkaar heen gedrukt ontstaat zo geleidelijk aan een beeld. Dit procédé is vergelijkbaar met het schilderen of aquarelleren in kleurlagen.


lithopers met steen

Lithopers met steen


Lithografie is ontstaan in de 19e eeuw. Deze techniek werd oorspronkelijk gebruikt voor het maken van reclamedrukwerk in een oplage. Ook al wordt lithografie al lang niet meer gebruikt in de reclame of reproductie industrie en is het drukken van oplages van identieke afbeeldingen minder belangrijk geworden, toch wordt de lithografische techniek nog steeds op strikt traditionele wijze onderwezen en beoefend alsof de tijd stil is blijven staan en er niets is veranderd in het doel van lithografie.


Dit vasthouden aan al lang geleden overbodig geworden werkwijzen en gepasseerde inzichten werkt volgens Stanislaw Lewkowicz vooral frustrerend op kunstenaars die zich aangetrokken voelen tot het medium. En heeft het ertoe geleid dat met name in Nederland het werken op een steen als te zwaar en te omslachtig wordt ervaren met als resultaat dat lithografie nog amper wordt beoefend. Inmiddels is dan ook de kennis over wat lithografie inhoud en de kennis over het wezen van de lithografie vrijwel niet meer in Nederland aanwezig. Dit gebrek aan kennis maakt dat lithografisch werk vaak niet eens meer wordt herkend als lithografie.



Voor Stanislaw Lewkowicz is de lithografie eerder een deel van zijn eigen wezen in plaats van louter een techniek. Hij heeft deze techniek volledig naar zijn hand gezet en het schijnbaar onmogelijke in de lithografie, mogelijk gemaakt. Andere media zoals o.a. fotografie, offset en assemblage worden volledig geïntegreerd in zijn manier van lithograferen. Ook het werk van Stanislaw Lewkowicz wordt doorgaans niet herkend als lithografisch. Omdat zijn lithografie in de loop der tijd ook nog eens een hybride vorm heeft aangenomen kan het moeilijk zijn om zijn werk te ordenen en een plaats te geven.


Deze onorthodoxe en onnavolgbare wijze van het bedrijven van de lithografie leverde hem de titel ‘Prins van de lithografie’ op. Maar de grafische wereld is doorgaans een wereld waar veel waarde wordt gehecht aan een meer strikte en traditionele uitvoering van het ambacht. Zijn benadering van het vak wordt daarom lang niet door alle grafici/kunstenaars en verzamelaars van grafiek geapprecieerd.

Buitenlander en eendagsvlinder

Wellicht vanwege zijn buitenlandse naam wordt de in Nederland geboren en getogen Stanislaw Lewkowicz door sommigen beschreven als die ‘Poolse man’ die vanwege zijn afkomst niets kan begrijpen van Nederlandse kunst. Behalve dat dit niet klopt kan men zich afvragen of hedendaagse kunst nationaal gekleurd moet zijn. Imposante kunstwerken van zijn hand op in het oog lopende, belangwekkende en zeldzaam beschikbare plekken zoals een luchthaven, een snelweg of een ambassade worden afgedaan als klein werk op onbeduidende locaties. Zijn kunstwerken worden regelmatig aangeduid als te mooi, als toevallig en dientengevolge oppervlakkig en onbeduidend. Desalniettemin zijn enkele van zijn kunstwerken opgenomen in de lijst van meest belangrijke kunstwerken in de openbare ruimte van Nederland en heeft hij voor zijn werk meerdere prijzen ontvangen. Daarom ook is het des te verwonderlijker waarom hij nog steeds en al sinds zijn eerste stappen binnen de kunstwereld vaak wordt bestempeld als eendagsvlinder. Daarbij is zijn werk zelden met aandacht beschreven en is er zelden duiding aan gegeven. Maar zoals voor veel kunstwerken geldt is ook zijn werk niet bedoelt voor snelle consumptie. Niet veel anders dan dat ls er tijd nodig is voor het lezen van een boek of een gedicht of dat er tijd nodig is om te luisteren naar muziek en gezang, zal men moeite moeten doen en tijd moeten nemen om zijn werk te ervaren om het op waarde te kunnen schatten.

Een dwarsdoorsnede van zijn werk

Het werk van Stanislaw Lewkowicz laat naast op zichzelfstaande kunstwerken veel werk in serieverband zien.


Zijn afstudeerwerk ‘L'Enfant et les Sortilèges’ (naar de opera ‘L'Enfant et les Sortilèges’ gecomponeerd tussen 1919 en 1925 door Maurice Ravel, 1875-1937) is zijn eerste middels lithografie in combinatie met collage tot stand gekomen omvangrijke werk in serieverband. In deze serie komen de unieke schilder- en tekenkwaliteiten van de lithografie al volledig tot uiting in zijn tekenstijl en in zijn uitbundige kleurgebruik. Al in deze eerste serie worden door zijn experimentele aanpak alle conventies en taboes die tot op de dag van vandaag zo hardnekkig aan de lithografie kleven, doorbroken.



Krant artikel Stanislaw Lewkowicz

NRC Handelsblad, 11 oktober 1986


Daarna volgen vele series zoals ‘Warschau Review’ of het in boekvorm vormgegeven, hallucinerende en meervoudig bekroonde 52-delige ‘Royal Interocean Lines’. Deze serie leverde hem op slag landelijke bekendheid op. Het is een uitgebreid experimenteel beeldverslag van een tocht kris kras over de wereldzeeën van een jongen die op een koopvaardijschip de wereld ontdekt. Een wereld die tot dan toe niet veel groter was dan een woonwijk ergens in een uithoek van Nederland.


Een andere belangrijke serie is ‘O Muorto o stuorto accucchiame sempe’, een serie werken in de voetsporen van de Grand Tour. De Grand Tour was van de 17e tot begin 19e eeuw een populaire reis door Midden-Europa, het Middellandse Zeegebied en het oude Nabije Oosten ter educatie en ter verkenning van de klassieke wereld. ‘O Muorto o stuorto accucchiame sempe’ is uitgevoerd als een 28-delige bijna filmische, deels driedimensionale installatie van lithografie op transparant materiaal verwerkt in glas, polyfineer en golfplaat.


Krant artikel Stanislaw Lewkowicz 2

Het Parool, 16 juni 1990


In het verlengde van ‘O muorto o stuorto accuchiame sempe’ en als voortzetting van de Grand Tour is ‘Dutchboy Photomemory’ ontstaan uit de ruïnes van het toentertijd door burgeroorlog verwoeste Libanon en een aansluitende reis door Syrië en Jordanië. De naam ‘Dutchboy Photomemory’ is ontleend aan de naam van een verfmerk in Libanon, toen overal in het verwoeste straatbeeld aanwezig op grote reclame borden. Hier wordt voor het eerst grootschalig gebruik gemaakt van zwart-wit fotografie in combinatie met lithografie. Het idee is gebaseerd op het in die landen toen nog gangbare gebruik van het inkleuren van zwart-wit foto’s. De laatste op de Grand Tour gebaseerde serie is ‘Disneyland’, de naam van Israël zoals het werd aangeduid in de buurlanden.


Het uitgebreide experiment in ‘O muorto o stuorto acchiampe sempe’ heeft geleid tot zijn eerste grote werk voor de openbare ruimte. Een kunstwerk voor een opvallende plek op de luchthaven Schiphol; de douanedoorgang in aankomsthal 3, een toegangspoort tot Nederland. Dit werk met de titel ‘Ter herinnering aan al die plekken waar we niet heengaan omdat ze niet gezellig zijn’ is een ongeëvenaard meesterwerk in de lithografische kunst.



Aankomsthal Schiphol Amsterdam

‘Ter herinnering aan al die plekken waar we niet heengaan omdat ze niet gezellig zijn’,
douanedoorgang, Luchthaven Schiphol, detail, litho, glas, bladgoud, 4,2 x 34 m, 1995


Hier wordt lithografie voor het eerst letterlijk gefuseerd met glas in samenwerking met een grote glasproducent gespecialiseerd in het maken van gelaagd en dubbel glas, hetzelfde glas dat in elke woning aanwezig is. Het is voor het eerst dat lithografie op deze wijze wordt geïntegreerd in glas en in architectuur. Een toepassing volledig bedacht en uitgevoerd door de kunstenaar zelf met de welwillende medewerking van de glasfabriek. In de tegenwoordige tijd is zo’n samenwerking ondenkbaar geworden.


De plotselinge dood van zijn moeder ligt aan de basis van dit grootse werk vol met bloemen. Bloemen die door de voor de douanedoorgang wachtende ophalers worden gegeven aan hun dierbaren ter verwelkoming, bloemen die worden gelegd op graven en bij monumenten ter herinnering.


Ander experiment in de lithografie zoals in de kleine serie ‘Acryl & Polyester’ heeft geleid tot het werk ‘Roze Wolk’ bestemt voor het Bruggebouw, een gebouw van het Openbaar Ministerie in Den Haag.



Den Haag bruggebouw roze wolk

ROZE WOLK, Openbaar Ministerie, Bruggebouw, Den Haag, water, licht, ca. 15 x 3 x 3 m, 1998-2002, niet uitgevoerd



Den Haag bruggebouw krant artikel

NRC Handelsblad, 19 februari 1998


Dit werk is na veel ophef uiteindelijk niet uitgevoerd maar heeft wel geleid tot het werk ‘Nevelsculptuur’ voor het nieuwe gebouw van de Nederlandse ambassade in Berlijn.



Nevelsculptuur Nederlandse ambassade Berlijn

NEVELSCULPTUUR, Nederlandse ambassade Berlijn, licht, water, 13,5 m x 30 cm, nevelwolk variabel, 2004


Dan zijn er series zoals de omvangrijke en duistere, journalistieke ‘Carbonserie’, tot stand gekomen op diep donkerblauw, vrijwel zwart carbonpapier die de witte drukinkt langzaam doet verkleuren naar de kleur van het daglicht zoals dat als blauw licht gelijk aan de blauwe kleur van de hemel, een grot binnenvalt. Of de eveneens duistere serie ’14 Nothelfer Kapelle’ op zwart velourspapier ter benadrukking van het duistere aura rond deze katholieke heiligen die nog steeds aangeroepen worden in tijden van nood.



Tuin met vijver

Folies, #10, Tuin met vijver, litho op gekreukeld en gelaagd transparant holografisch folie, oplage: 1, 104 x 138 cm, 2006-08


Verder zijn er de series op een holografische ondergrond zoals ‘Moonlighting’, ’Vakantie aan zee’ en ‘Wandeling’ waarbij het beeld bij elke verandering van kijkhoek verschuift zoals ook het beeld van de wereld om ons heen verschuift bij elke beweging die wij maken en zijn er de meer filmische series zoals ‘Mam, Julie, Suzanne, Johnie, Loeke en ik’, ‘Folies’, ‘Les Baigneurs’, ’Rijksweg N278’, ’Fragmentarische herinneringen’, ‘14 Days of Holiday’. In deze series worden de verschillende drukgangen als afzonderlijke transparante lagen over elkaar heen gelegd om beweging en het verstijken van de tijd in te vangen.



Zonder titel, litho gemengde techniek

I Won’t Let You Go, #11, litho, gelaagd, epoxy op dibond, oplage: 3, 82 x 110 cm, 2009


In de 13 delige serie ‘I Won’t Let You Go’ weerklinkt de dood van zijn levenspartner. En het nimmer aflatende gemis, nog jaren later in het werk ‘Groeten uit Calcutta’.



Groeten uit calcutta

GROETEN UIT CALCUTTA, detail: 12 februari, 27 onderdelen van verschillende afmetingen, ca. 240 x 530 cm, litho met digitaal drukwerk en Kantha stikwerk op Tussar zijde, handgemaakte opbergdoos, oplage: 1, 2017


Titels als ’Één, twee, drie, in Gods naam’, ’Return Return, Oh God Return’, ’Big Bang’, ‘In stilte stroomt de tijd’, ’Ik ben een God in ‘t diepst van mijn gedachten’ doen vermoeden dat er een wellicht onbewuste religieuze drijfveer is.


Vooral later werk gaat over de toestand van de wereld zoals de serie ‘Dhoti Poems’ ontstaan op een hotelkamer in het oververhitte en drukke centrum van Calcutta. Het werk gaat over de onmogelijkheid van intermenselijk contact net zoals het eenzame ‘Poems’ waar de te lange dagen werden ingekrast op behangpapier.


Ook de series ‘Teerth’, ‘Fading World’, ‘Alter Ego’ en ‘O.M.G.’ weerspiegelen onze huidige tijd als een tegenstrijdige wereld in overgang, maar waarin het leven zelf zich voortdurend herhaalt en er wezenlijk niets echt verandert.


Apocalyptische werkelijkheid

Inmiddels aangekomen in het laatste deel van zijn leven maakt Stanislaw Lewkowicz geen gebruik meer van lithografie voor zijn werk. Zijn lithopers is verhuisd van Amsterdam naar Athene om daar een jonge kunstenaar bij te staan in haar streven de lithografie verder te brengen, te laten herleven zonder inmenging van meesterdrukkers en grafische werkplaatsen.


Hij is in wezen terug bij het begin van zijn volwassen leven, hoe dat ooit begon als globetrotter en vagebond. In plaats van zijn Amsterdamse atelier is nu de wereld zelf de bakermat voor zijn kunst. De laatste jaren is dat voornamelijk het uitgestrekte subcontinent van India, het subcontinent waar alle werelden die op deze aardbol te vinden zijn, samenkomen. Door weinig geld gedwongen ontsnappend aan de bubbel van de westerse wereld. Logerend in goedkope hotels, rondreizend met lokale bussen. Altijd dicht bij de werkelijkheid zoals die voor veel mensen is. Vol in het leven van waar het merendeel van de mensen op deze aarde mee te maken heeft. Maar dan als de reiziger, de toeschouwer. Wat hij vooral ziet is een alles consumerende leegte waar moeilijk mee om te gaan is en erin wegglijden het enige antwoord schijnt te zijn.


Onderweg werkt hij met wat hij tegenkomt, met schoonheid en lelijkheid, met indrukken, gaat hij op in de omgeving, neutraal, observerend, schijnbaar emotieloos. Wakker wordend net voor zonsopkomst van de oproep in de verte tot gebed als eeuwige herinnering dat er meer zou kunnen zijn ergens achter het licht van de opkomende zon, in het immense zwart daarachter. Van het kletteren in de heldere ochtenduren van water op de roestvrijstalen keukenspullen van de buren beneden. Van het roepen van hun kind. Van de klank van de stem die antwoord, een antwoord dat elke keer hetzelfde is.


Dit opgaan in de omgeving komt al vroeg tot uitdrukking in het meesterlijke werk ‘Zijn gedachten verzwommen met het water van de Ourthe. Het lichaam bleef achter op de stenen. Maar heel even. Toen was het weer over.’


Zijn gedachten verzwommen met het water van de Ourthe

‘Zijn gedachten verzwommen met het water van de Ourthe. Het lichaam bleef achter op de stenen. Maar heel even. Toen was het weer over.’ litho, lichtprojectie op offsetplaat, gedrukt op pvc, geplakt op rubber, goud geborduurde tekst, 70 x 565 cm, oplage: 5, 1988


Tegenwoordig zit hij wel eens ergens en denkt: ‘Als ik nu ter plekke dood ga zou ik blij moeten zijn. In plaats daarvan ben ik bang om in het openbaar te sterven. Al dat rumoer dat het zal veroorzaken. Wat een afgang.’ Maar wat is er mooier dan gewoon in een bus te sterven, ergens onderweg in Srinagar, in de oranje-roze gloed van de avondzon in de verte aan het eind van de weg? Daar middenin, wat is er mooier? Aan de oever van de Ganges, alleen op een bank, in de drukte daaromheen. Wat is er mooier dan om nu weg te zakken, te sterven in de warmte van de voorbije dag? En om dan het lichaam te laten opgaan in rook. Rook die zich mengt met de lucht, ingeademd door plant, dier en mens weer tot leven komend. Dat is niet romantisch. Het is de zich immer repeterende apocalyptische werkelijkheid.